Deze eindevaluatie is gebaseerd op een gezamenlijke evaluatie. Van meet af aan waren we het erover eens dat een projectgroep (onder andere) op vertrouwen is gebaseerd. Iedereen zet zijn beste beentje voor, en daarom delen we de winst en dus delen we ook het verlies. Dit betekent dat wij alle punten gelijkwaardig verdelen onder de groepsleden.
Op het gebied van participatie was sprake van een golvende beweging binnen de groep wat inhield dat ieder zijn steentje bijdroeg, maar dat er binnen de groep ook duidelijk een voorkeur was voor bepaalde zaken/taken. Desondanks is iedereen buiten zijn of haar comfortzone getreden omdat we elkaar hierin onderling aanmoedigden. Wat betreft het voorbereiden van presentaties, afspraken buiten de deur of, uitwerken van documenten etc hebben we elkaar op basis van vertrouwen redelijk de vrije hand gegeven. Niet iedere millimeter werd eindeloos overlegd en dat zorgde ervoor dat we een vliegende start maakten en al vroeg resultaten boekten in termen van donaties. Deze vliegende start hebben we onder andere te danken aan een projectplan dat in korte tijd op poten werd gezet en ook meteen werd uitgevoerd. En hiermee komen we bij het laatste punt: elk groepslid heeft zijn of haar verantwoordelijkheid genomen en dit maakte de samenwerking ook zo prettig. Op het moment dat de donaties stagneerden zijn we snel van koers veranderd zodat we verder konden met ons project. Niet alle besluiten werden democratisch genomen met als uitzondering dat er voor belangrijke beslissingen een vetorecht bestond.
De samenwerking verliep soepel en over de werkverdeling klaagde niemand. Omdat we allen voor honderd procent achter ons project stonden, was de samenwerking altijd constructief. Ieder voldeed in zekere mate aan zijn of haar groepsrol en omdat we hier vanaf het begin bewust van waren, werden de taken meestal moeiteloos verdeeld. Wat betreft tijdsbeheer heeft iedereen zich ingezet op momenten dat het hem of haar goed uitkwam. We hielden elkaar geen onmogelijke deadlines voor en als er onderling iets geschoven moest worden dan was dat ook geen probleem. De uitdaging bij dit project was denken wij vooral dat het om een korte tijdspanne ging. Onze koerswisseling - onze beoogde doelgroep op meerdere manieren aanspreken - kwam daarom denken wij iets te laat in het traject waardoor we positieve effecten misschien niet goed hebben kunnen merken. Ondanks het korte tijdsbestek is ons probleemoplossend vermogen daarmee redelijk goed uit de verf gekomen. Als we het project opnieuw zouden kunnen doen, dan zouden we – met de kennis van nu – een aantal dingen anders aanpakken, maar het aanspreken van een jongere doelgroep zullen we toch blijven proberen. Het ‘binnen hengelen’ van een gewillige doelgroep vinden wij namelijk minder spannend.
Al met al vinden wij dat we het als projectgroep goed met elkaar hebben getroffen. Elk groepslid heeft zijn sterke en zwakke kanten, maar omdat we goed samen konden werken hebben we wat betreft de zwakke persoonlijkheidskenmerken elkaar ondersteund waar nodig was. Elke student bewandelt in zijn opleiding zijn eigen weg en daar hebben we respect voor. Een hilarisch voorbeeld was toen bijvoorbeeld Omroep Tilburg ons wilde interviewen en we daar eigenlijk allemaal een sluitende argumentatie voor klaar hadden liggen omdat eigenlijk niemand gefilmd wilde worden…maar we kwamen tot een besluit want: we delen de winst; en dus ook het verlies!
Wat betreft het inhoudelijke aspect van het project kunnen wij stellen dat wij redelijk geslaagd zijn in het behalen van ons doel: het in groepsverband opzetten van en reflecteren op een mediacampagne voor een goed doel. Hier zijn een aantal redenen voor. Zo kunnen we aan de hand van het voorgaande stellen dat het projectmatig werken in groepsverband geslaagd. Zo kunnen we ook stellen dat wij vanuit een stevig theoretisch kader enkele keuzes gemaakt hebben met betrekking tot de media campagne. Tevens hebben wij het resultaat van de implementatie van deze keuzes geanalyseerd en waar nodig bijgestuurd. Dit bijsturen ging wat lastiger, vandaar dat we daar rekening mee hebben gehouden in het cijfervoorstel: een acht.